Een levendig centrum is essentieel om Gouwenaars en bezoekers aan de stad te (blijven) binden. Vanuit de Samenwerkende Ondernemers Gouda is daarom de wens ontstaan om het huidige uitstallingenbeleid te verruimen en vanaf 1 december een proef van 6 maanden te draaien met het doel de aantrekkelijkheid en de levendigheid van de binnenstad te vergroten en mede te proberen de leegstand terug te dringen. De gemeente Gouda onderstreept de wens van de ondernemers en steunt de proef die ook bedoeld is als opmaat voor een mogelijk nieuw uitstallingenbeleid. Binnenkort zijn er in Gouda dus geen zwiepborden of strandvlaggen meer in het kernwinkelgebied, maar wel aantrekkelijkere uitstallingen zoals een verfpot, ijsje of bakkerspop.
Op maandag 30 november j.l. vond de aftrap plaats om 15.45 uur in de hoek Hoogstraat/Kleiweg/Turfmarkt/Blauwstraat waarbij de wethouder de eerste uitstallingen symbolisch buiten plaatste onder toeziend oog van binnenstadsondernemers, winkelmanagers en leden van de commissie die het experiment begeleidt.
Het doel van uitstallingenbeleid is om de ondernemers in de binnenstad wat meer ruimte te geven hun eigen creativiteit aan te spreken om de aandacht op hun zaak te vestigen. Tegelijk is het doel de stad mooier te maken. Echter de bakken met panties of luiers en zwiepborden zijn voor veel bezoekers en ook ondernemers een doorn in het oog en geen verfraaiing van het straatbeeld, die zullen dan ook nu niet toegestaan zijn. De Beste Binnenstad van Nederland kan nog aantrekkelijker worden met aansprekende uitstallingen. De ondernemers en gemeente zijn daarom de samenwerking aangegaan deze proef te draaien met verruiming van de uitstallingen voor 6 maanden voor winkels in de binnenstad. Samenwerking die bijna spreekwoordelijk wordt voor de binnenstad en die verder gaat. Kunstpuntgouda, gevestigd in de Garenspinnerij heeft namelijk aangeboden ondernemers te willen helpen, die van plan zijn een creatieve uitstalling te maken. Gebrek aan eigen creativiteit hoeft dus geen belemmering te zijn om een aantrekkelijke uitstalling te maken.
De winkels in de binnenstad zijn geïnformeerd over de afspraken rondom de verruiming. Veiligheid blijft voorop staan, evenals algemene regels zoals ‘geen overlast’ en ‘geen kwetsende uitingen’. Omdat beleving vaak subjectief en moeilijk is, komt er ook een commissie. Voor een breed draagvlak komen daarin ondernemers, stadswachten, vergunningsambtenaren en de centrummanager; kortom een team dat bij onduidelijkheid of excessen een knoop door kan hakken. Uiteraard kan een winkelier ook besluiten om niet mee te doen aan de proef. Daarvoor blijven dan de bestaande regels van kracht. Tussentijds wordt het verloop geëvalueerd en kan het experiment zelfs beëindigd worden mocht blijken dat het toch niet werkt. Maar als het goed gaat en dat is uiteraard het doel en uitgangspunt, dan is de bedoeling op grond van dit experiment gezamenlijk beleidsregels te ontwikkelen voor nieuw uitstallingenbeleid.
